Seks op de werkvloer is een kwetsbaar project omdat je er makkelijk mee gechanteerd kunt worden als het uitkomt.

Maar liefst 42% van de Belgische werkne­mers had iets met een collega, onderzocht in 1991 een hoogleraar Psychologie. Slechts 7% kwam daar voor uit.  Nederlands onderzoek uit 2008 bevestigde min of meer die getallen. Haast tweederde wordt betrapt waarna meestal overplaat­sing of ontslag volgt. Een vijfde van de vrouwelijke onder­vraag­den zegt het met de baas te doen, de helft daarvan heeft daarvoor hebzuchtige motieven: de band tussen geld en sexappeal. Makkelijker promoties of extra declaratiemogelijkheden werden vaak genoemd.

Carpoolen maar nog meer collectieve bijscho­lings­weekends zijn berucht. Intimiteit en werk vloeien makkelijk in elkaar over, hoewel de omgeving het doorgaans als verboden liefde bestem­pelt. In tv-soaps zijn die werkro­mances misschien spannend, maar in de realiteit res­teert een hoop leed, ook omdat er vaak jaloe­zie, achterdocht, machtson­gelijkheid en gezagson­dermijning aan te pas komt.

En waarom dan toch al dat ge­flirt? Dezelfde job betekent ook vaak dezelfde interes­ses. Mensen trouwen op veel latere leeftijd dan vroeger en daardoor lijkt er meer be­hoefte aan gelegen­heids­seks te zijn. De helft van alle Ameri­kaanse huwe­lij­ken schijnt voor­ge­kookt in de lift, naast de kof­fieautomaat of tussen de archieven, maar het grootste deel van die werkre­laties is overspelig. Vooral struc­tureel over­werken prikkelt tot slip­per­tjes.

De schijnheiligheid van de vreemdganger is een groter motief voor wraakacties naderhand van de ‘benadeelde’ partner dan de overspeligheid zelf. Daar kan iedereen zich eigenlijk wel wat bij voorstellen. Een van mijn cliënten herinnerde zich iemand’s boosheid nog goed. “Mijn partner schreeuwde dat ze twee keer razend was. Ten eerste omdat ik het toen gedaan had en ten tweede omdat ik het toen niet verteld had. Toch was haar boosheid bij de derde keer, toen ik eindelijk na jaren mijn vergrijp eens opgebiecht had op een moment dat we heel veel van elkaar hielden,  heftig maar niet te vergelijken met met ik vijf jaar eerder over me heen gehad zou hebben.” Inmiddels was zijn secretaresse van toen geheel buiten beeld. Zij had gewoon een paar slippertjes ervaren met een onbereikbare want getrouwde collega en dat had zij fijn veilig gevonden. Hij was na een tijdje overspel de geestelijk diepgang van zijn echtgenote weer extra gaan waarderen. En nog steeds goed getrouwd. Helaas bracht zijn biecht alsnog een vertrouwensbreuk op gang maar ook een vitale discussie tussen de echtelieden over libido, lust, lol, sleur, verwachtingspatronen en culturele overtuigingen. Dat was weer nuttig.

Tussen de 6 en 10% van de therapeuten lijkt wel eens seksuele situaties met patiënten/cliënten te hebben. Het mag niet, het hoort niet, maar de aantrekkingskracht van krachtige personen blijkt voor betrokkenen zelf ook een valkuil. Tenminste: slechts een minimaal aantal betrokken ‘slachtoffers’ klaagt achteraf. Een van mijn cliënten (een man) zei over de korte relatie met zijn psychologe: “We werden door de toenemende intimiteit van onze gesprekken gaandeweg verliefd op elkaar. En toen ging het verder. Ik heb het echter als heilzaam ervaren. Ook omdat ik de hele tijd wist dat het ooit zou stoppen.  Dat maakte het veilig.”

Seks op de werkvloer is een kwetsbaar project omdat je er makkelijk mee gechanteerd kunt worden als het uitkomt. Het is met name een precaire zaak als een van de partijen in een gezagssituatie boven de ander is gesteld. De hogergeplaatste kan mogelijk macht manipuleren om iets seksueels op gang te brengen, de lagergeplaatste heeft echter altijd de macht van het openbaar maken. In beide gevallen ligt schade en schande op de loer. Men denke maar aan de diepe val van de voormalige IMF-topman Dominique Strauss Kahn.

Als je overigens een grappige video over de mannelijke seksuele driften wilt zien, tip ik http://www.youtube.com/watch?v=rqgsD-IhFtw&watch_response waar je kunt genieten van de Amerikaanse cabaretier Mark Gungor.

PdH