Loading...
You are here:  Home  >  New Age journalistiek  >  Drugs  >  Current Article

Poptempel Paard van Troje: muziek en hasj

By   /   januari 19, 2014  /   Reacties uitgeschakeld voor Poptempel Paard van Troje: muziek en hasj

Bedeljongens copy

Poptempel Het Paard van Troje  in Den Haag heeft grote beroemdheden op zijn podium gehad,  U2 , Mick Jagger (in 1982), Prince (in 1988) en Pearl Jam (in 1992) . In de jaren ’70 werd de plek beroemd om zijn huishasjdealer.

Ooit was Het Paard een multiculturele vrijplaats voor open jongerenwerk. Popmuziek was net als educatieve cursussen slechts een onderdeel van een breed programma. Bezuinigingen, fraudes en pretentieuze ambities bracht het Paard eind jaren ’80 haast op de knieen, maar het project worstelde zich zelf  weer als een Pegasus de lucht in. Meer over zijn geschiedenis.

Met steun van PvdA-wethouder van Sport, Recreatie en Cultuur Piet Vink en de in de gemeenteraad zittende Kabouterbeweging richtten in 1971 enkele bevlogen mensen, o.m. Frits Berger uit de Haagse werkgroep Experimentele Maatschappij samen met Peter den Haring, de coördinator van Laan 28 (een jongerenproject van de landelijke vereniging Ruimte) , de Stichting Trefcentrum op, na de opening van het project door verkiezingen onder de bezoekers omgedoopt tot het Paard van Troje.

De stichting werd gehuisvest in het vroegere Katholieke meisjespensionaat Huize Angela aan de Prinsegracht 12. Na nog een jaar voorbereiding ging het Paard van Troje op zaterdag 21 oktober 1972 open. De eerste stafleden kregen te maken met al de mogelijke kinderziekten van het project, onder meer door de tegenstrijdige interesses van de wel zeer verschillende doelgroepen. Een grote groep jongeren werd vooral aangetrokken tot het uitgaanselement, de popconcerten (in de grote zaal met bars, dansvloer en een podium op de begane grond), anderen kwamen voor de ongewone films en de educatieve cursussen (op de eerste verdieping en de zolders). Daarnaast was er een groep die Het Paard vooral zag als een vrijplaats, waar men ongestoord drugs kon gebruiken. Zij vonden een soft territorium in het theehuis op de eerste verdieping, compleet met Perzische tapijten en hangmeubilair. In de kelders konden bands repeteren en was er een zeer goedkoop eethuis, De Kiem. Het project trok natuurlijk ook direct een aantal zwak sociale jongeren aan uit de nabijgelegen Schilderswijk en armere centrumbuurten. Soms waren er Hells Angels te gast, soms Marokkaanse jonge gastarbeiders, soms erg veel drinkende Engelse gastarbeiders. Uiteraard opereerden er veel drugsdealers, die hard en soft drugs door elkaar aanboden. Het smeltkroeseffect leverde, naast mooie culturele dwarsverbindingen, ook veel conflicten op en na een aantal vechtpartijen gaf bijna de complete staf er de brui aan. Alleen de programmacoördinator John van Vueren bleef op zijn post. Begin 1974 trok het bestuur daarom voor een hardere lijn het voormalige bestuurslid Peter den Haring aan, toen 26, die al veel ervaring had in dat werkveld. Hij bracht met een compleet nieuwe staf (waaronder als programmamaker Joop Roelofs, ooit Q 65 gitarist) scherpere orde met name door het aanpakken van de harddrugshandel door het aanstellen van een gemonopoliseerde huishasjdealer in combinatie met een goede samenwerking met de Narcoticapolitie. Dat provocerende project werd aanvankelijk oogluikend getolereerd door de overheid, totdat de Haagse Courant er in 1975 een opruiend stuk over schreef. De polariserende publiciteit dwong de politie tot actie en directeur Peter den Haring werd gearresteerd voor het gelegenheid geven aan drugshandel. Hij zat een maand in voorarrest, terwijl er heftig voor zijn vrijlating werd gedemonstreerd in de binnenstad. Uiteindelijk werd hij veroordeeld tot 14 dagen cel en direct vrijgelaten. Dat gold ook voor de betrokken huishasjdealer Rob van Rijn. Daarna werd het huishasjdealerschap iets gecommercialiseerd door Joop Wiersma & Bertus Kleerenkooper. Hard drugs bleven verboden in het Paard. Peter den Haring werd benoemd in een Justitiële D.A.C, een Drug AdviesCommissie, die uitgebreid positief adviseerde aan de toenmalige Minister De Ruiter over het tolereren van huishasjdealers in jongerencentra, gekoppeld aan een preventieprogramma met precieze gebruiksaanwijzingen. Omdat de Minister vreesde voor niet begrijpend en beperkend commentaar uit het buitenland haalde hij in een betreffende Algemene Maatregel van Bestuur de eis van een preventieprogramma uit het advies. De buitenlandse politiek zou immers kunnen denken dat onze regering soft drugs gebruik onder bepaalde voorwaarden niet als schadelijk zag… Met die afvlakking werd echter de deur geopend voor het fenomeen Coffeeshops. Bepaalde cafés maakten snel van zichzelf een jongerencentrum met het recht op soft drugs verkoop. Toch was daarmee de eerste duidelijke stap gezet naar scheiding in de aanpak en opsporing van soft en hard drugs. Peter den Haring ging in eind 1978 de journalistiek in. In die jaren werd het Paard een wijkplaats voor veel bijzondere mensen. Het was de uitvalsbasis voor ‘streakers’, jongeren die naakt de hele binnenstad doorrenden om hun eis voor een naaktstrand op Scheveningen kracht bij te zetten. Peter den Haring bracht een bezoekersinspraak op gang, die geregeld werd via een bezoekersvereniging en een bezoekersraad, waarvan afgevaardigden in het bestuur van het Paard zaken. Daar werd een basis gelegd voor veel multiculturele contacten. De toenemende belangstelling voor kunstzinnige en alternatieve cursussen stimuleerde staflid Menno Swaak tot het opzetten van geheel nieuw educatief centrum voor deze activiteiten in een leegstaande school in de Raamstraat, het Stiltepunt. Daarmee werd de functie van het Paard definitief beperkt tot poppodium. Eethuis De Kiem werd ondertussen door inspanningen van Menno Swaak een macrobiotisch eethuis, MacGierst. later Chezval, dat veel stafleden en vrijwilligers in contact heeft gebracht met de voordelen van gezond vegetarisch eten. In latere jaren bleven harddrugsgebruikende bezoekers en notoire herrieschoppers voor ordeproblemen zorgen, resulterend in overdreven veel macht bij de portiers. Punk, Pogo en harde House brachten een ruwe sfeer van Ikke, ikke en de rest kan stikke mee. Te ambitieuze concerten en culturele pretenties in combinaties met interne geldsmijterij en fraude leidden tot sluitingen en bezettingen. Met de komst van coördinator Herbert Boerendonk (later directeur van het Diligentia theater) in 1985 ging het, zeker in zakelijk opzicht, beter.

In januari 1987 kreeg het Paard van Troje veel media-aandacht toen het zijn 15-jarig jubileum vierde met een talkshow met prominenten, optredens van (pop)artiesten, een modeshow en, in samenwerking met de Stichting Popmuseum, de expositie ‘Paard en Pop in galop’. In de jaren negentig bleek een middelgroot podium hard nodig voor de vele popconcerten die Nederland, en zeker Den Haag (net als in de jaren zestig weer popstad nr. 1), kende. Daarom werd het pand aan de Prinsegracht tussen 1999 en 2003 ingrijpend en kostbaar verbouwd. Inmiddels huisvest het Paard ook bijzondere lezingen, zoals de Erasmus-bijeenkomsten en is het het grootste poppodium van Zuid-Holland. Veel later beroemde artiesten hebben er als beginners een basis voor succes met hun internationale tournees gelegd.  Soms kom ik er nog wel eens. De muziek staat er altijd te hard, de zaal is deprimerend zwart geverfd.  Jeugdsentiment. Maar soms ga ik er uit mijn bol, omdat er een waanzinnige band staat. Zoals in april 2013 de Mongoolse band Hanggai, trommels, strotzang en tweesnarige viool. Heerlijk! Een blowtje is nergens meer voor nodig.

PdH

    Print       Email

You might also like...

Stoppen met roken

Read More →